Nieuw desinglabel Brothers and Sons naar Milaan

Na enkele jaren intensief ontwikkelen is het nieuwe Nederlandse designlabel Brothers and Sons klaar om de wereld te veroveren. Een prijs voor ‘best product’ heeft het jonge label al op zak met de Alumni collectie. De presentatie in Milaan aan de via Savona 35 tijdens ’s werelds grootste meubelbeurs, de Salone del Mobile, zet die internationale ambitie kracht bij. “Zodra iemand zegt dat iets moeilijk is, dan vind ik het pas interessant worden.”

Initiatiefnemer Jasper Broeders had een onvoldaan gevoel bij een verharde markt waar veel aandacht voor aanbestedingen met goedkopere producten was. In deze verharde markt lag de focus op producten met een kortere terugverdientijd dan producten waar emotie, creativiteit, innovatie en ambacht in combinatie met moderne productie technieken ontwikkeld werden. Deze markt zorgde ervoor dat een latente wens om een eigen label te ontwikkelen versneld werd omgezet werd in het uitvoeren ervan.

Brothers and Sons - Brothers and Sons

Jasper Broeders

Toen de mogelijkheid zich voordeed om in Milaan op een toplocatie, schuin tegenover Moooi een presentatieruimte van ruim 650 vierkante meter te boeken, hoefde Jasper Broeders niet lang na te denken. “Die kans kon ik niet laten lopen.” Het zegt veel over de manier van werken én het geloof in zijn eigen kunnen. “Wie met Jasper spreekt over de collectie van Brothers and Sons raakt als vanzelf bijna net zo enthousiast als hijzelf”, zegt Laura van der Net interieurarchitect bij Brothers and Sons.

De ontwikkeling van de nieuwe producten heeft de nodige inspanning en veel doorzettingsvermogen gekost. “We hebben bewust niet gekozen voor de gemakkelijke weg. Dat levert alleen maar producten op die op elkaar lijken en bovendien ook nog eens gemakkelijk zijn na te maken. Wij willen juist producten die met passie zijn ontworpen en gemaakt. Dat past ook beter bij mij. Wanneer iemand tegen mij zegt dat iets niet kan, dan vind ik het pas interessant worden. Dan zoek ik net zo lang door of investeer extra tot het wel kan. Dat maakt een product volgens mij ook een stuk interessanter”, zegt Jasper Broeders.

Emotie
Brothers and Sons is een initiatief van Jasper Broeders waarin hij met zijn team nauw samenwerkt met ontwerpers zoals Jesse Visser, Geke Lensink en inmiddels Thomas Eurlings. Na een min of meer toevallige ontmoeting op de Dutch Design Week een paar jaar geleden, vond het team van Brothers and Sons en de ontwerpers Visser en Lensink elkaar in de passie voor design én in de ambitie om het anders en beter te doen. Simpelweg door een stap extra te zetten. Of twee als dat nodig mocht zijn.

Een jaar later resulteerde die ontmoeting in de oprichting van het merk eQ+ waarin Broeders een aantal ontwerpen van Visser en Lensink onderbracht. “De naam, eQ+, was een verwijzing naar de emotie die wij in de producten wilden brengen”, zegt Broeders.

Anno nu werkt het team van Broeders nog steeds nauw samen met Visser en Lensink, die als art directors intensief bij het inmiddels naar Brothers and Sons omgedoopte merk betrokken zijn. “Op een gegeven moment vond ik niet meer dat eQ+ de lading van de collectie dekte. De nieuwe naam doet meer recht aan de gezamenlijkheid waarmee we de ontwerpen ontwikkelen en produceren. Bovendien past het beter bij de internationale ambitie die we met het merk hebben”, zegt Broeders.

Milaan
In Milaan wordt de Brothers and Sons collectie onder de noemer ‘Elegant & Sturdy’ gepresenteerd. “We willen laten zien dat door met kleuren, bekleding en materiaal te spelen onze collectie steeds een andere uitstraling krijgt en zich thuis voelt in elke omgeving. Om die kwaliteit nog verder te benadrukken hangen we in de etalage premium, goudkleurige uitvoeringen van de Alumni collectie”, zegt Broeders.

“Ook dat viel trouwens nog niet mee”, vertelt Broeders. “Een stoel goudkleurig maken is gemakkelijk, maar om het zo te doen dat de coating sterk genoeg is om ook daadwerkelijk te gebruiken, bleek een heel ander verhaal.”

Broeders kijkt uit naar de presentatie in Milaan die op dinsdag 4 april opent (pers, 3 april 14.00/19.00 uur). “We zijn er klaar voor”, besluit Broeders.

IMM Keulen: non-conformisten bekennen kleur

De eerste interieurbeurs, Imm Keulen 2017, is een feit. De Internationale Meubel Messe toonde geen grote woonrevoluties, maar wel veel beloftes voor de toekomst die vooral veel over onze levensvisie zeggen.

Ooit gedacht dat oranje en donkerbruin weer in de mode zouden raken in huis? En dat we onze grijze bank misschien wel verruilen voor een model in ossenbloedrood, diepblauw of donkergroen, uitgevoerd in velours? Een ronde over de meubelbeurs in Keulen leert dat de omslag in kleurgebruik in het interieur doorzet. De eerste designmerken stapten vorig jaar al voorzichtig af van pasteltinten en wit, nu gaan vrijwel alle merken de diepte in. Ook de Nederlanders.

Donkerblauw en groen

Zo combineerde het Nederlandse meubelmerk Bert Plantagie in de nieuwe fauteuil Kiko van Stefan Steenkist een rode rugleuning met armleggers en een zitting in donkerbruin. Ook Label kwam met een aantal donkerbruine lederen fauteuils en modellen bekleed in stoer stonewashed blauw en groen. Leolux liet zich onder leiding van zijn gloednieuwe ‘strategic creative director’ Edward van Vliet van een luxe kant zien met rijke materialen en warme oranje-geel-blauwe kleurencombinaties, onder andere op clubfauteuil Cantate.

Pouffe Gin van Label, uitgevoerd in warm bruin leer

Diepe tinten

Bij meubelzusje Pode- voor het eerst present op de Keulse beurs- zwaaien Claire en Roderick Vos de scepter. Ook hier veel oranje, groen en donkerrood. Maar ook Italianen zoals Cappellini en Cassina kozen voor warme rood-, bruin- en blauwtinten met hier en daar wat donkergroen, vaak in velours of dik leer. Meubelmerk Gelderland voegt voor het eerst een armlegger in massief hout toe aan de nieuwe fauteuil Woody van Bart Vos en Rolf Benz combineerde petrolblauw met zachtbruin leer en veel zwart. Er is momenteel amper een rol weggelegd voor dessins en zelfs vloerkleden zijn veelal uitgevoerd in één kleur, vaak met een verweerd of geborsteld effect. Al die diepe tinten en warme materialen passen bij onze behoefte om van ons huis een gezellig holletje te maken dat we delen met familie en vrienden.

Bank Cubb van Pode, uitgevoerd in rode tweedstof

Das Haus

De Amerikaanse ontwerper Todd Bracher richtte dit jaar als guest of honour in opdracht van de beursorganisatie Das Haus in, een conceptueel huis bedoeld om te inspireren. In zijn huis vervagen grenzen tussen ruimtes. Hij stelt onze traditionele manier van wonen ter discussie en bracht het hele interieur terug tot zijn essentie. In de keuken consumeren we niet alleen voedsel, maar ook kennis en
de slaapkamer is ingericht om te slapen, te relaxen en te filosoferen.

Das Haus is dit jaar ingericht door de Amerikaanse ontwerper Todd Bracher

Jonge talenten

Een rondje langs de afdeling met jonge talenten leert dat ook zij nadenken over functionaliteit. Bijvoorbeeld de Belgische ontwerper Pieter Peulen. Hij presenteerde Flexit, een multifunctioneel frame dat mee kan groeien met de gebruiker en naar wens fungeert als stapelbed, bureau, eettafel, kledingkast en tweepersoonsbed. Pierre-Emmanuel Vandeputte uit Frankrijk bedacht Nascondino, een verstopplaats
waarmee we ons terug kunnen trekken in een ruimte.

Flexit van Pieter Peulen groeit met je mee

In Das Haus liet Todd Bracher zijn persoonlijke voorkeuren voor materialen, vormen en producten duidelijk zien door zijn verzamelingen in grote houten boekenkasten te zetten, waarmee de gehele ruimte was omkaderd. Ook op de beurs zien we veel open kasten, vaak met één van de opbergruimtes in een contrasterende kleur. Hierin verzamelen we onze persoonlijke schatten en laten we zien wie we zijn. Ook
het wandmeubel in de zitkamer- liefst met ingebouwde plek voor de televisiemaakt een voorzichtige rentree.

Non-conformisten

Het past in een grotere trend waarin we niet langer de massa willen volgen, maar ons gedragen als non-conformisten die op een eclectische manier leven en eigenwijze keuzes maken. We bepalen zelf of we meegaan met een trend en hoe we die thuis invullen. Of zoals designmerk Bolia het kenschetst op de cover van de duimdikke productcatalogus: ‘No one lives like you.’ Er zijn zelfs merken die zich nadrukkelijk op non-conformisten richten, zoals het eigenwijze Duitse lampenmerk Less’n’more

We interesseren ons voor nieuwe duurzame natuurlijke en tegelijkertijd slimme technologische materialen die bijvoorbeeld reageren op temperatuur en licht en ons leven makkelijker maken. Kook een soepje op de keukentafel en laat de raambekleding automatisch reageren op de lichtinval van buiten. En wat te denken van een even intrigerend als afschuwwekkend ontwerp van de Nederlandse ontwerper Martijn Rigters en zijn Zwitserse collega Fabio Hendry. Zij presenteerden een tafeltje van een innovatief materiaal, gemaakt van mensenhaar. Maar ook traditionele technieken krijgen zo nu en dan een vernieuwing. Zo showde stoffenmerk De Ploeg het nieuwe Feltwool, een zachte licht vervilte wollen stof.

Curieus: tafeltje The Colour of Hair, gemaakt van mensenhaar

Hutje op de hei

Ook technologie heeft onze interesse. Ons huis wordt steeds slimmer, bijvoorbeeld met de gloednieuwe pratende koelkast van Liebherr, gepresenteerd op de Living Kitchen beurs tijdens IMM. Maar intussen dromen we ook van een eenvoudig, minimalistisch leven zonder opsmuk. Als het aan IMM ligt, combineren we dit moeiteloos. ‘2017 combineert beide werelden: een high tech leven met natuur. Een leven in een hutje met onze smartphone in de hand.’

Kruip weg in Nascondino, een verstopplaats voor thuis

(Dit verhaal is eerder verschenen in Dagblad van het Noorden en Leeuwarder Courant)

Gispen

Gispen: 100 jaar klant is koning

Het Rotterdamse museum Boijmans van Beuningen staat met de expositie ‘De klant is Koning’ tot 17 februari volgend jaar stil bij het honderdjarige bestaan van meubelbedrijf Gispen. Grondlegger en naamgever van het bedrijf Willem Hendrik Gispen wordt vaak in één adem genoemd met andere bekende ontwerpers van de nieuwe zakelijkheid zoals Rietveld en Mart Stam. Maar naast ontwerper bleek Gispen vooral ook ondernemer.

Gispen is bekend geworden met zijn stalen buismeubelen en de enorme collectie Giso-lampen die in de jaren rond de oorlog een begrip waren. Sommige van zijn ontwerpen bleken zo sterk en tijdloos, zoals de ‘zwevende’ stoelen zonder achterpoten, dat deze tot op de dag van vandaag nog steeds worden verkocht. Maar dat juist deze stoelen niet meer door het bedrijf Gispen worden gemaakt en verkocht, maakt ook direct duidelijk dat er een onderscheid moet worden gemaakt tussen de ontwerper en de onderneming Gispen.

Gispen Specials
Museum Boijmans van Beuningen doet dat met de expositie ‘Gispen Specials – De Klant is Koning’ ook door de geschiedenis van het bedrijf te vertellen aan de hand van onbekende Gispen ontwerpen die allemaal speciaal op verzoek van klanten zijn geproduceerd. Verwacht dus geen parade van stalen buismeubelen zoals we die uit de woonboekjes kennen.

Gispen

In het begin ontleende Gispen, die 1916 een ijzersmederij had overgenomen, zijn bestaansrecht aan de samenwerking met bevriende architecten. Zijn eerste producten leken in de verste verte niet op de strakke functionele ontwerpen die het bedrijf uiteindelijk beroemd zouden maken. De smeedijzeren kroonluchter die op de expositie te zien is, die hij in de beginperiode voor de Waalse Kerk in Rotterdam maakte is sierlijk en weelderig van vorm.

Pianolampje
In de jaren twintig komt Gispen in aanraking met de stroming nieuwe zakelijkheid en krijgen zijn ontwerpen de strakke en functionele vormen die we nu nog kennen. Overigens is Gispen daarbij niet altijd even oorspronkelijk en authentiek te werk gegaan. Zo maakte hij samen met de bevriende architect J.J. Oud een pianolampje als huwelijkscadeau voor een andere vriend. Niet veel later besloot Gispen het lampje, uitdrukkelijk tegen de zin van Oud in, in productie te nemen. Tot een rechtszaak kwam het niet.

Gispen

Thonet, een Duitse producent van stalen buismeubelen, deed dat wel. Zij hadden begin jaren dertig een ontwerp van Mart Stam op de markt gebracht: Een stalen buisstoel zonder achterpoten. Gispen had echter het prototype gemaakt en een bleef doorsleutelen aan de proporties van dat ontwerp. Toen Gispen uiteindelijk de 101 op de markt bracht werd hij voor de rechtbank door Thonet van plagiaat beschuldigd. De rechtbank stelde Gispen echter in het gelijk omdat deze oordeelde dat het hier niet ging om een auteursrechtelijk beschermd ontwerp maar om een technische vinding. Het zijn juist deze achterpootloze stoelen, hij maakte er direct ook fauteuils van, die Gispen bekend maakte bij het grote publiek.

Vrienden
Hij werd daar bovendien bij geholpen door zijn bevriende architecten. Dankzij het flexibele productieproces was Gispen in staat om in kleine oplages te produceren waar zij graag gebruik van maakten. De inrichting van de Van Nelle fabriek in Rotterdam is daarvan wellicht het beste voorbeeld en is inmiddels op de Unesco wereld erfgoedlijst terecht gekomen. Bijna de gehele inrichting komt uit de fabriek van Gispen en is speciaal met dat doel gemaakt.

Breuk
Tijdens de crisis in de jaren dertig heeft het bedrijf nieuwe investeerders nodig die het ook krijgt. De fabriek verhuist naar Culemborg en Gispen zelf krijgt een directeur naast zich waar hij mee moet samenwerken. Dat gaat tot een paar jaar na de oorlog goed. Dan vertrekt Willem Hendrik Gispen met ruzie bij zijn eigen bedrijf. Onder de naam Kembo (Kom eerst maar bij ons) blijft hij meubels ontwerpen.

Gispen

Het bedrijf Gispen gaat zich ondertussen meer richten op meubels voor kantoren en doet daarbij ook de rechten van de beroemde stalen buismeubelen van de hand. Zo verzorgt Gispen in 1988 bijvoorbeeld de inrichting van het antroposofisch ontworpen gebouw van de Gas Unie in Groningen.

Woonkamer
Wanneer na de eeuwwisseling de grenzen tussen de kantoormarkt en de particuliere markt een beetje beginnen te vervagen waagt ook Gispen zich weer aan een collectie voor de woonkamer. In eerste instantie heet deze NGispen maar wordt later omgedoopt tot Gispen Design collectie. Gispen stelt daarvoor ontwerper Richard Hutten als art director aan. Veel ontwerpen zijn dan ook van zijn hand waarvan de Dombo beker (ook wel Domoor genoemd) wellicht de bekendste is.

designinfo-gispen-100jaar1

Wat de tentoonstelling in museum Boijmans en Van Beuningen goed laat zien is dat het bedrijf Gispen tot op de dag van vandaag het denken in ‘Specials voor de klant’ nooit helemaal is verloren. Voor wie door de zalen loopt kan dat in eerste instantie een beetje bevreemdend werken. Er is namelijk niet direct sprake van een feest der herkenning. Dat feestje vier je beter aan de overkant van de straat waar Huis Sonneveld, gebouwd in de jaren dertig en ingericht door Gispen, volledige gerenoveerd en opengesteld is voor het publiek. Daar vindt je wel de stalen buismeubels en Giso lampen die het merk zo beroemd maakten. Gezamenlijk geven Huis Sonneveld en de tentoonstelling ‘Gispen Specials – De klant is Koning’ niet alleen een mooi beeld van de geschiedenis van het merk en haar oprichter, maar laat het vooral ook zien dat het terecht is dat Gispen onderdeel is geworden van ons collectieve geheugen.

Meer informatie:
www.boijmans.nl
www.gispen.com

Stalen buismeubelen van Gispen:
www.dutchoriginals.nl

Kembo collectie van de hand van Gispen:
www.lensvelt.nl

Philips Hue

Review: Philips Hue is volwassen geworden

Toen de Philips Hue voor het eerst op de markt kwam, kregen wij hier op de redactie al de kans om deze te testen. Wat een lol was dat. Via mijn telefoon zat ik als snel in een soort disco omdat de lampen reageerden op de muziek die ik draaide. Mijn dochter was er dol op. Anno nu is Hue volwassen geworden.

Philips heeft een naam hoog te houden waar het gaat om het draadloos bedienen van je lampen. Met Living Colours, nog steeds op de markt, combineerden ze als één van de eersten de mogelijkheden van Led-verlichting met het op afstand bedienen zodat je vanuit je luie stoel de sfeer in je kamer aan kan passen.

Telefoon

Heb je voor de Living Colour-collectie nog een kastje nodig om de lampen te bedienen: bij de Hue is dat je smartphone geworden. Daarmee was Philips, inmiddels al weer jaren geleden, opnieuw één van de eersten. En de beste. Wat bij die eerste review erg opviel was het enorme gemak waarmee de app op de telefoon kon worden geïnstalleerd. Het kon bijna niet misgaan.

Daarna kon de kermis beginnen: binnen de app zelf kon je foto’s inladen, deze selecteren en dan nam je verlichting de sfeer van de foto over. Of wat dacht je ervan om je lampen te koppelen aan de live tussenstanden van het eredivisievoetbal. De lampen beginnen dan massaal te knipperen wanneer je favoriete club scoort. Wat hebben mijn dochter en ik er een lol mee gehad.

Less is more

U zult het enthousiasme van mijn dochter begrijpen toen ze opnieuw een setje Hue lampen zag staan: ‘Mag ik die op mijn kamer?’

‘Tuurlijk’

De eerste teleurstelling die mijn dochter moet verwerken is die wanneer ze ontdekt dat deze Hue –lampen helemaal geen kleurtjes hebben. Het is namelijk de nieuw op de markt verschenen White Ambiance starterskit die we opgestuurd hebben gekregen. We draaien één lamp bij mijn dochter in de slaapkamer en één in de onze.

De installatie is nog even eenvoudig als altijd: lampen indraaien, bridge aansluiten met één druk op de knop, app downloaden verbinding maken en klaar!. Ik zou zonder dollen niet weten hoe iemand in staat zou moeten zijn dit niet te kunnen. In de app blijkt al snel dat de kermis uit de eerste jaren is verdwenen. Functionaliteit staat voorop en dat is maar goed ook.

Genot

Goed, de eerste vijf minuten spelen mijn dochter en ik met de app. Het bedienen van lampen met je telefoon blijft toch bijzonder leuk om te doen, maar door het gebrek aan kleurtjes is de lol er voor haar snel af. De grote kracht van de Philips Hue wordt mij dan al snel duidelijk. Aan de app is het menu ‘routines’ toegevoegd. Daarin kun je instellen hoe laat je gaat slapen en wanneer je weer op staat. Omdat beide lampen in onze slaapkamers hangen ligt deze toepassing het meest voor de hand.

En wat een genot. Ik kan niet anders zeggen. Nu het weer winter wordt en het buiten donker en koud is, wordt normaal gesproken bij ons thuis het opstaan een probleem. Na twee weken met de Hue ingesteld zijn we allemaal op tijd wakker simpelweg omdat het licht in onze slaapkamers langzaam aangaat en onze geesten als vanzelf ontwaken.

Voor mijn dochter heeft de Philips Hue nog meer voordelen: bij het doen van huiswerk kan het licht op ‘concentratie’ worden ingesteld en bij het spelen mag dat best wat minder. En ook handig: mijn dochter kan de lamp zelf bedienen met de bijgeleverde, draadloze, schakelaar. En wanneer het licht begint te dimmen, dan is het tijd om naar bed te gaan.

Collectie

Nu Philips Hue de White Ambiance op de markt heeft gebracht is de Hue naar mijn mening echt volwassen geworden. Minder focus op de kermis en de enorme mogelijkheden (die kunnen trouwens nog steeds) maar veel meer de nadruk op functionaliteit en dagelijks gebruik. De collectie is bovendien uitgebreid met hallogeen-vervangende-Hue-spots en functionele armaturen. Goedkoop is het nog steeds niet echt, maar ik heb inmiddels de eerste uitbreidingen al besteld.

Meer info.

designinfo-philips-hue3 Philips Hue Philips Hue